Voor deze bijeenkomst is aanmelden verplicht!
Indien u de bijeenkomst wilt bijwonen, dat dan (in verband met de catering) gaarne voor 8 februari a.s. per email doorgeven aan
Agenda
16:00–16:10 Opening en mededelingen
16:10–16:40 Van massa productie en architectonische iconen - historisch prefab beton in Nederland
Herdis Heinemann - Vitruvius Building Solutions
In vervolg op haar lezing over historisch beton in 2013, geeft Herdis Heinemann een voortzetting, met als zwaartepunt historisch prefab beton.
Prefab beton heeft zijn oorsprong in de kunststeen industrie, waar al in de tweede helft van de 19de eeuw verschillende bindmiddelen, toeslagen en afwerkingen werden toegepast om natuursteen te imiteren. Door de toenemende toepassing van (gewapend) beton en wens naar hoogwaardig beton groeide tijdens het Interbellum de Nederlandse prefab industrie. De randvoorwaarden waren ideaal: de betonwarenindustrie had ruim ervaring, inzicht in de betontechnologie was enorm gegroeid, architecten zochten naar een betonarchitectuur, en te vaak was de kwaliteit van in het werk gestort beton laag. Bovendien was de import van natuursteen beperkt. De opgedane ervaring zal later, tijdens de Wederopbouw, kenmerkend zijn voor de introductie van het systeembouw.
De Nederlandse prefab industrie, vooral Schokbeton b.v., was na de Tweede Oorlog van internationaal belang, van militaire gebouwen in Groenland tot wolkenkrabbers in de VS. Maar ook om de woningnood te bestrijden werden tientallen bouwsystemen getest en o.a. na Afrika geëxporteerd.
Historische prefab gebouwen, zij het als icoon of als woningbouw, worden steeds meer gerestaureerd, verduurzaamd en/of circulair hergebruikt. Inzicht in de kansen en knelpunten, en ook bijzonderheden van dit onderdeel van ons erfgoed is dringend noodzakelijk.
16:40 – 17:10 Pappen en nathouden; over de nabehandeling van beton
Mario de Rooij - TNO
In dit minicollege nabehandeling (inclusief examenvraag!) wordt mondeling toelichting gegeven op de inhoud van Betoniek 16/22 “Pappen en nathouden” door de schrijver van het boekje Cementsteen. Het gros van de grijze massa beton doet zijn duurzame werk achter een dun laagje oppervlaktehuid. Ook dat laagje beton verdient onze aandacht, en (zoals zal blijken), een beetje water. Na deze lezing weet u waarom.
17:10–18:00 Pauze met broodjesmaaltijd
18:00–18:10 Nieuwe studiegroep: Nabehandeling van beton, in relatie met samenstelling, omgeving en normering
Angelo Sarabèr – Vliegasunie - Marc Ottelé - Heijmans
Nabehandeling van beton is een belangrijk onderdeel om tot een beton te komen dat een lange levensduur heeft en een mooi uiterlijk bezit. Het recentelijk opgeleverde SBRCUR/CROW-onderzoek naar betonaantasting maakt duidelijk dat er behoefte is aan meer inzicht in de relatie tussen de betonsamenstelling, de omgevingscondities en de nabehandeling (gekozen methode en duur van de behandeling) enerzijds en de uiteindelijk gerealiseerde betonkwaliteit van het oppervlak anderzijds.
Het is daarom gewenst de bestaande inzichten te toetsen, uit te breiden en daar waar nodig te komen tot nieuwe aanbevelingen.
18:10–18:40 Het meten van autogene krimp in beeld
Jeroen Hokke - ENCI
In Nederland is autogene krimp een steeds meer besproken betoneigenschap. Het bepalen en vastleggen van factoren die de autogene krimp van een betonmengsel beïnvloeden is hierdoor een relevant item geworden.
In deze presentatie wordt het meten van autogene krimp inzichtelijk gemaakt. Hierdoor wordt de definitie van autogene krimp en alles wat erbij de beproeving komt kijken in beeld gebracht. Het uitgewerkte stappenplan wat ENCI hanteert wordt gepresenteerd en beschikbaar gesteld. Deze werkwijze voldoet aan het door de CROW-commissie opgestelde beproevingsprotocol autogene krimp.
18:40–18:50 Nieuwe studiegroep: Autogene krimp & betontechnologie
Harry Corporaal - ENCI
Deze nieuwe studiegroep zal opzoek gaan naar de factoren vanuit de betontechnologie die van invloed zijn op autogene krimp. De complexiteit van de vervorming autogene krimp en de factoren die deze beïnvloeden maakt een dialoog over dit thema noodzakelijk. Naast literatuur over autogene krimp stelt ENCI ook een database beschikbaar die relevante input geeft. In overleg met deze studiegroep zal deze database doorontwikkeld en geanalyseerd moeten worden om het mechanisme achter autogene krimp te duiden.